We bellen met Geert Dijks die zich overigens nog steeds zorgen maakt om de sector. "De snelheid waarmee we in bepaalde mate weer open kunnen, bepaalt de omzetstroom van de bedrijven. Heel veel hangt samen met wat er mag en kan na de meivakantie in de 1,5 meter economie. Is het omzetverlies 20% of 50%? Dat maakt nogal wat uit.” Dijks maakt zich daarnaast grote zorgen om groepsaccommodaties, de Hollandse Zeilvloot, zeilscholen en de buitensport. Die krijgen het ook na mei echt zwaar. Ik verwacht niet dat daar na 28 april veel verruimende maatregelen mogelijk zijn. Daar moeten ze echt aan nieuwe businessmodellen nadenken.” Die bedrijven mogen we volgens Dijks niet vergeten en moeten worden geholpen zodat ze dit seizoen overleven en ze volgend jaar weer kunnen opstarten. "Met simpele kredieten, met een lage rente en een lange looptijd en wellicht ook staatssteun. Daar is dat noodfonds hartstikke belangrijk voor. Anders gaat het allemaal kapot en dat is zonde van veel mooie kleine bedrijven die een belangrijk deel uitmaken van onze gastvrijheidseconomie.” 

Provincies achter initiatieven HISWA-RECRON

Maar toch heeft Dijks met zijn club de afgelopen week heel wat in Den Haag weten te bereiken. Dat had wel wat voeten in de aarde: "We hebben de afgelopen weken zowel de landelijke als de provinciale overheid bestookt met position papers om het bijzondere seizoenskarakter van onze bedrijven voor het voetlicht te krijgen. Onze strategie is heel nadrukkelijk geweest om vooral de provincies te betrekken bij onze standpunten”, vertelt Geert Dijks. "Dat vanuit de gedachte dat toerisme en recreatie voor een belangrijk gedeelte is gedecentraliseerd naar provincies.” Een hoogtepunt voor HISWA-RECRON was dat een belangrijk deel van het Vijf Punten Plan werd geadopteerd door de provincies die dat in een brief aan de regering ook hebben laten weten. "Dat was heel belangrijk voor het aansluitende overleg dat we met Gastvrij Nederland, KHN, de Club van Elf en gedeputeerden van Drenthe en Zeeland hadden met minister Wiebes”, stelt Dijks. "We hebben een buitengewoon goed gesprek met minister Wiebes gehad. Hij had heel snel door hoe deze situatie doorwerkt in onze sector.” 

Al voor het gesprek was het eerste succesje al binnen: "Zo is een heel belangrijk deel van de SBI-codes van onze branche -die we hadden aangeleverd- nu opgenomen in de TOGS-lijst. We zijn ook heel blij dat bedrijven waar het woonadres gelijk is aan het bedrijfsadres snel worden toegelaten”, aldus Dijks. "Daar kunnen ze dan een aparte verklaring voor invullen. Een bedrijfswoning is voor heel veel bedrijven in onze sector noodzakelijk vanwege de veiligheid, toezicht, bewaking of nachtverblijf.”  

De TOGS-regeling is in de optiek van Dijks een mooie bijdrage voor dekking van een aantal kosten en is met name voor kleine bedrijven belangrijk. "Voor grotere bedrijven is het een aardige bijkomstigheid maar daar zijn personeelskosten en kapitaalslasten natuurlijk veel hoger.” Wiebes had heel veel begrip voor de problematiek van onze sector rond de NOW-regeling. Maar helaas kan het systeem niet zomaar worden aanpast. Dat is in no-time opgezet en geautomatiseerd. Volgens Dijks gaat Wiebes gaat op korte termijn kijken naar een parallelle route specifiek voor seizoensgevoelige sectoren. Zoals siertelers maar ook voor onze branche. "Dat heeft hij toegezegd.” 

Wiebes positief over taskforce voor de branche

Wiebes staat ook positief tegenover een taskforce waar rijk, provincie, gemeenten en de sector bij elkaar komen. "We hebben nu echt de erkenning gekregen dat er gewerkt moet worden aan het binnenlands toerisme. Gastvrij Nederland is gevraagd een voorstel te maken voor een Taskforce Landelijke Gastvrijheidseconomie”, aldus Dijks. 

Een andere belangrijke afspraak betreft de heropening van de sector en de proactieve rol die de branche daarbij speelt. Uitgangspunt is de 1,5 meter economie en met specifieke veiligheids- en hygiëneprotocollen moet dat mogelijk worden. "We gaan bestaande protocollen aan de nieuwe situatie aanpassen en het rijk gaat deze valideren”, vertelt Dijks. "Daarmee proberen we toch een landelijke lijn te krijgen zonder heel veel decentrale afwijkingen wat heel slecht uit te leggen is aan de klant. Het doel is dat we na de meivakantie protocollen met voorlichtingstrajecten klaar hebben liggen zodat de bedrijven onder bepaalde voorwaarden weer open kunnen.”  

Maar HISWA-RECRON heeft niet alle punten weten in te koppen. Samen met andere sectoren willen ze ook een lagere afsluitprovisie voor een krediet en ook een ruimhartiger opstelling van de banken want die krijgen daarvoor veel geld van het rijk. Dijks: "Het is afwachten of het in de praktijk zo uitpakt.” 

Garantiefonds en noodfonds nog niet

Ook het Garantiefonds wordt door het rijk niet ondersteund. De provincies zaten aan tafel en zijn wel voor een garantiefonds. Dijks: "We gaan nu kijken of we dat daar verder kunnen brengen. Een dergelijk fonds zou heel veel rust in de markt geven en onze inschatting is dat daardoor weinig bedrijven failliet gaan en het fonds nauwelijks aangeboord zal worden.” 

Ook het derde punt van het Vijf Punten Plan, een balans- of omzetsteun voor bedrijven, is nog te vroeg voor het rijk om over te praten. "We hebben wel aangedrongen om daar nu alvast over na te denken”, stelt Dijks.” Voor sommige bedrijven kan dat het enige redmiddel zijn. Wij weten ook wel dat je niet iedereen kan redden. Maar als alternatief kun je denken aan een nog makkelijker lening met als optie een deel kwijtschelding.”  

Staatsecretaris erkent seizoensafhankelijkheid sector

Staatssecretaris Mona Keijzer kon niet bij het overleg in Den Haag zijn omdat ze in de Tweede Kamer moest verschijnen maar maakte dat meer dan goed op een werkbezoek bij Molecaten Flevostrand. "Daar hebben we het gesprek met minister Wiebes nog eens doorgelopen en zij steunt dat volledig”, stelt een enthousiaste Dijks.  

De grote winst van het bezoek aan Molecaten Flevostrand is wel dat de staatssecretaris inziet dat het echt om bedrijven gaat die kwetsbaar kunnen zijn vanwege die seizoensafhankelijkheid. "We hebben ook kunnen laten zien dat op zo’n park waar normaal gesproken 5.000 vakantiegangers zijn, het nu compleet leeg is. Dat zijn hele grote klappen. We hebben samen doorgerekend dat de kapitaals- en onderhoudslasten, ook al is er geen gast, nog steeds tussen de 40% en 50% van de omzet uitmaken. Als je dan ook nog buiten de NOW-regeling valt voor je flexwerkers terwijl je daar geen dekking voor hebt, dan is het gewoon niet te doen. Dan heb je 10% omzet en nog steeds 80% kosten. Dat hou je niet lang vol als bedrijf..” 

Daarnaast heeft Dijks ook duidelijk gemaakt dat er al venturecapitalisten op de loer liggen om goedkoop bedrijven op te kopen als toekomstige bouwgrond voor woningen. "Als je de toeristische capaciteit in Nederland wilt behouden om straks mensen te laten recupereren en recreëren maar je ze dan niet kunt faciliteren omdat de bedrijven dicht zijn, dan hebben we ook een maatschappelijk probleem.” Volgens Dijks waren het hele zinvolle dagen: "We zijn goed in beeld en het was ook een kans voor de toekomst om onze positie in Den Haag beter te borgen.”    

Dit Interview is afgenomen door Ton Vermeulen, NRIT