Bijtelling voor elektrische auto’s gaat in 2025 omhoog

Met ingang van 2026 vervalt de gunstigere bijtelling voor de volledig elektrische auto van de zaak. Ook met je EV betaal je dan 22% bijtelling, net als elk ander type auto. In 2025 geldt er gelukkig nog wél een gunstiger bijtellingstarief. Tot aan een cataloguswaarde van 30.000 euro bedraagt de bijtelling op een elektrische auto van de zaak bij privégebruik 17%. Dat is één procent meer dan in 2024. Is je auto duurder dan 30.000 euro, dan geldt voor elke euro boven die bijtellingsgrens het reguliere bijtellingstarief van 22%. Goed om te weten: het bijtellingspercentage is 60 maanden geldig. Je profiteert dus nog vijf jaar lang van het verlaagde bijtellingstarief van komend jaar. 

Afschaffing aanschafsubsidies elektrische (bedrijfs)auto’s

In 2024 kon je bij de aanschaf van een nieuwe of gebruikte elektrische auto of elektrische bedrijfsauto een beroep doen op SEPP- of SEBA-subsidie. Beide subsidieregelingen zijn aan het eind van 2024 gestopt. De subsidie van 2.950 euro (nieuwe EV), 2.000 euro (gebruikte EV) of 5.000 euro (nieuwe elektrische bedrijfswagen) zijn daarmee vervallen.

Bpm-vrijstelling elektrische auto’s verdwijnt

De bpm-vrijstelling voor elektrische auto’s verdwijnt in 2025. De vaste bpm-voet voor personenauto’s geldt voortaan ook voor de elektrische auto en bedraagt in 2025  667 euro. Ook de aparte bpm-tabel voor plug-in hybrides vervalt, waardoor voor de aanschaf van PHEV’s reguliere tarieven worden gerekend. Tot slot stopt de bpm-ondernemersvrijstelling voor bedrijfswagens. Voortaan wordt de bpm gebaseerd op de CO2-uitstoot. In 2025 is dit 74,41 euro per gram.

Elektrische auto’s betalen motorrijtuigenbelasting

In 2024 betaalde je geen motorrijtuigenbelasting (mrb) voor een elektrische auto. Met ingang van 2025 verandert dat. Je betaalt wél mrb, maar je krijgt nog wel een korting van 75% korting op het reguliere tarief. In de jaren 2026 t/m 2029 is die korting met 25% een stuk kleiner. Vanaf 2030 betaal je het volledige belastingtarief. Plug-in hybride elektrische auto’s met maximaal 50 gram CO2-uitstoot per kilometer profiteren alleen nog in 2025 van een mrb-korting van 25%. Vanaf 2026 geldt het reguliere belastingtarief.

Rapportage Werkgebonden Personenmobiliteit

Sinds 1 juli 2024 is de regeling werkgebonden personenmobiliteit Rapportageverplichting werkgebonden personenmobiliteit | RVO.nl van kracht. Dat betekent dat werkgevers met minimaal 100 werknemers jaarlijks moeten rapporteren over hun werkgebonden personenmobiliteit. De eerste rapportageronde is in 2025.

Veel binnensteden veranderen in zero-emissiezones voor bedrijfswagens

In 2025 veranderen de binnensteden van verschillende Nederlandse gemeenten in zero-emissiezones. In deze zero-emissie-zone mogen alleen nog elektrische bestelauto’s naar binnen. De vier grote steden en tal van andere grote gemeenten introduceren hun zero-emissiezone al op 1 januari. Gemeenten als Groningen en Haarlem doen dat iets later in het jaar. Onder meer Dordrecht, Schiphol, Arnhem en Almere openen hun zero-emissiezones echter pas in 2026 of later. Er geldt nog wel een overgangsregeling. Bedrijfswagens met emissieklasse euro 5 zijn nog tot 2027 welkom in de binnensteden. Bestelbussen met een euro 6 label nog tot 2028.

Onbelaste reiskostenvergoeding blijft gelijk

In 2024 steeg de maximale onbelaste reiskostenvergoeding van 0,21 euro naar 0,23 euro per kilometer. Voor 2025 blijft de onbelaste reiskostenvergoeding, voor woon-werkverkeer en zakelijke reizen, 0,23 euro per kilometer.

Thuiswerkvergoeding gaat omhoog

De thuiswerkvergoeding stijgt iets in 2025. In plaats van 2,35 euro per dag, krijgen thuiswerkers maximaal 2,40 euro belastingvrij per dag vergoed in 2025. De thuiswerkvergoeding is een tegemoetkoming in de kosten (elektriciteit, verwarming) die de werknemer maakt als hij thuis werkt.

Accijnsverlaging brandstof blijft intact

Het kabinet heeft eerder voor een tijdelijke korting op de brandstofaccijns besloten. Ook in 2025 blijft die korting van kracht. Daarmee worden benzine en diesel dit jaar niet respectievelijk 21 en 13,5 eurocent per liter duurder zoals beoogd.