Werken in de kou. Waar moet je als werkgever aan denken als het koud weer is?
Werknemers, die buiten werken of in onverwarmde werkplaatsen, zoals in loodsen, kunnen last hebben van de kou. Op een koude werkplek kunnen werknemers minder goed presteren. Daarnaast kunnen zij onderkoeld raken. Ledematen kunnen bevriezen met kans op blijvende gezondheidsschade.
In artikel 6.1 Arbowet staat dat de temperatuur op de werkplek geen gezondheidsschade mag veroorzaken bij werknemers.
In artikel 6.2 Arbowet staat dat de werkgever beschermingsmiddelen moet geven. Dit geldt dus ook bij kou. Denk hierbij aan extra beschermende warme kleding en schoenen.
Is dit niet voldoende om gezondheidsschade te voorkomen, dan moet de werkgever het werken op een koude plek laten afwisselen met het werken op een warme plek. Je kunt ook de arbeidstijd in de kou beperken.
De Arbowet noemt geen temperaturen of tijden, waarbij niet gewerkt kan worden.
Op basis van de Regeling onwerkbaar weer kun je een WW-uitkering aanvragen voor personeel, dat door de weersomstandigheden niet kan werken. Je hoeft het loon dan tijdelijk niet door te betalen. De regeling moet zijn opgenomen in de cao. In de cao wordt dan aangegeven bij welke weersomstandigheden de regeling geldt.
In de cao’s voor dagrecreatie, recreatie en de watersport zijn hiervoor geen regelingen opgenomen. Bedrijven kunnen hiervan dus geen gebruik maken.
Tags: werken in de kou arbowet