Pop-up campings moeten eerlijk concurreren
Tijdens de coronaperiode ontstonden ze overal: pop-up campings. Vaak gestart door een festival- of evenementenorganisatie die vanwege corona geen festivals of evenementen kon organiseren. Een aantal gemeenten stond deze tijdelijke campings toe. Ze waren bereid om snel te handelen om festival- en evenementenorganisatoren een alternatief verdienmodel te bieden. HISWA-RECRON vraagt zich af of deze royale behandeling op de langere termijn passend is. Zeker nu blijkt dat sommige campings jaarlijks openen op dezelfde plaats. Wat is het onderscheid dan nog met al bestaande (seizoens)campings behalve de vaak ontbrekende ruimtelijke ordeningstoets?
Ons standpunt
Een tijdelijke camping bood tijdens de coronaperiode een nieuw verdienmodel. Daarnaast was de vraag naar kampeerplaatsen tijdelijk extra groot omdat reizen naar het buitenland lastig was. HISWA-RECRON vindt dat pop-up campings niet passen in de huidige ruimtelijke ordeningswetgeving. Er kan wildgroei ontstaan van pop-up campings met een ongewilde precedentwerking.
Veel gemeenten hebben de vergunningverlening niet goed op orde voor deze pop-up campings. Er zijn gemeenten die alleen een omgevingsvergunning op basis van de Wabo (Wet Algemene Bepalingen Omgevingswet) verstrekken. Soms is daarnaast ook een ontheffing van de APV (Algemeen Plaatselijke Verordening) nodig, afhankelijk van de regelgeving van de gemeente.
Reguliere campings hebben daarentegen een bestemmingsplan waarin kamperen is toegestaan. Hierbij is een uitgebreide belangenafweging inclusief allerlei onderzoeken aan vooraf gegaan. Hierdoor ontstaat oneerlijk concurrentie tussen reguliere campings en pop-up campings.
Wat willen we bereiken
Eerlijke concurrentie dus geen sluiproutes voor campings die jarenlang blijven bestaan en geen gedegen ruimtelijke ordeningstoets doorstaan die reguliere bedrijven wel moeten doorlopen.